Anders dan in het buitenland zijn er voor het Nederlandse taalgebied weinig inhoudelijk verantwoorde, op gedegen onderzoek gebaseerde, maar tegelijkertijd goed en onderhoudend geschreven boeken over ijslanders beschikbaar. Met de start van ‘Boekenreeks Het IJslands Paard’ – een initiatief van Robert Rosendal (uitgeverij Rosendal Produkties, Wetsinge, Groningen) – is daar m.i.v. 2011 verandering in gekomen.
De reeks moest gaan fungeren als podium voor het documenteren en uitwisselen van de expertise met dit bijzondere ras. Bestemd voor ingewijden, maar ook voor aspiranten. Dat is gelukt.
In 2014 werd ‘Dat is geen trippelen, dat is tölt! En dat hoort zo’ in eigen beheer uitgegeven door – auteur – Lex van Keulen. M.m.v., ‘op gang’ geholpen door Femke Kramer en Robert Rosendal, ‘afronding’ op eigen initiatief. (ISBN: 978-90-8227-164-5, paperback, 221 pagina’s, zwart/wit). Info: Atorka Ruitersport.
2016: ‘Alles over ijslanders’, twee delen, in eigen beheer uitgegeven door Lex van Keulen en Vanda Oosterhuis. M.m.v., ‘op gang’ geholpen door Femke Kramer en Robert Rosendal, ‘afronding’ op eigen initiatief. Deel (1): ‘Werken met ijslanders’, deel (2): ‘Zorgen voor ijslanders’. (ISBN: 978-90-8227-162-1, paperback, 500 pagina’s, full colour) Info: Atorka Ruitersport.
In 2017 verscheen de Engelse vertaling van ‘Alles over ijslanders’: ‘The Complete Guide to the Icelandic Horse’. Meer informatie daarover vind je op de webpagina van Horses of Iceland of hun Facebookpagina.
Gisteren de eerste redactieronde (redigeren, corrigeren en schrijfadviezen) afgerond. Erwin kan nu aan de slag met alle vragen en op- en aanmerkingen.
De Fighter’s Guide is bestemd voor iedereen die zich wil bekwamen in de bokssport en voor iedereen die anderen daarbij wil begeleiden. Het is gebaseerd op jarenlange ervaring: Erwin heeft achttien jaar als vechter meegedraaid tussen wereldtoppers en dertien jaar boksers getraind en ingewijd in de sport. Hij wil die ervaringen en zijn kennis delen met beginnende en gevorderde collega-vechters en -trainers.
Straks – als het boek klaar is – kun je het boek van kaft tot kaft lezen, of gebruiken als naslagwerk. Het bevat beschrijvingen van technieken, trainingstips en voedingsadviezen, maar je kunt ook als trainer inspiratie opdoen voor lessen, combinaties en oefeningen.
Dat is het voordeel van tekstschrijver/redacteur/corrector zijn: je krijgt manuscripten voorgelegd over onderwerpen waarin je geheel thuis bent en over zaken waarin dat niet het geval is. Momenteel zijn we druk doende de tekst te editen van de ‘Fighter’s Guide’, waarin Erwin van der Helm alle ins and outs van de (beoefening van de) vechtsport behandelt. Na eerste lezing van het manuscript durf ik nu reeds te zeggen me veiliger te voelen bij ‘opstootjes’ rond de Febo op de Grote Markt op een zaterdagnacht.
Erwin heeft zo’n achttien jaar meegedraaid als bokser tussen wereldtoppers en traint momenteel dames en heren in zijn eigen vechtsportschool. Hij is daarnaast werkzaam als fysiotherapeut en revalidatietrainer.
Op twee oktober a.s. start de expositie‘Geleerde Gezichten’ in het Universiteitsmuseum van de Rijksuniversiteit Groningen.
Deze tentoonstelling schenkt aandacht aan portretten waarop hoogleraren op bijzondere wijze of in ‘afwijkende’ technieken zijn afgebeeld.
Vanzelfsprekend is de – dan net gepresenteerde – catalogus ‘In Vol Ornaat – Vier Eeuwen Groningse Senaatsgalerij’, samengesteld door Jolanda Oosterheert, aldaar verkrijgbaar.
Afgelopen vrijdag samen met Jolanda Oosterheert de laatste puntjes op de ‘i’ gezet t.b.v. haar boek over Senaatsportretgalerijen, die van de Rijksuniversiteit Groningen in het bijzonder. De laatste correctie-/redactieronde kwam hiermee tot een einde.
Uitgeverij Barkhuis draagt verder zorg voor opmaak, druk (medio augustus) en uitgave.
Jolanda zal haar boek op 1 oktober a.s. in een select gezelschap presenteren. Wij zullen er zeker zijn.
Sinds maart van dit jaar bezig het manuscript (t.b.v. de Catalogus Hoogleraarportretten Rijksuniversiteit Groningen) van Jolanda Oosterheert (Universiteitsmuseum RuG ) te redigeren/corrigeren.
E.e.a. komt nu weer even in een stroomversnelling: na de eerste correctieronde incluis schrijfadviezen hopen we het materiaal voor dit kunsthistorisch boek in augustus gereed te hebben voor uitgave.
Uitgeverij Barkhuis te Eelde zal zich hierover ontfermen. Natuurlijk wordt nagedacht over een pakkende cover en een ‘passende’ opmaak.
Vandaag een mailtje gekregen van uitgeverij Verloren dat de handelseditie van het boek van Femke Kramer van de persen is gerold. Verloren draagt zorg voor verzending naar de boekhandels. Ook het hele promotietraject zal door hen verzorgd worden. maar wij gaan natuurlijk, wat dat aangaat, niet stil zitten.
Wellicht ten overvloede: de door ons uitgegeven proefschrifteditie van het boek is uitverkocht. Belangstellenden kunnen zich wenden tot de boekhandel om een exemplaar van de Verloren-uitgave van ‘Mooi vies, knap lelijk’ te bemachtigen.
Momenteel werk ik samen met Femke aan de voorbereidingen (eindredactiefase) t.b.v. de handelseditie, die binnenkort (april 2009) bij uitgeverij Verloren verschijnt. Meer informatie over Femkes boek kun je vinden op hun site.
Fragment affiche; ontwerp Harm Naaijer, BNO Groningen, Marco Tjassing (fotografie)
Van 2 tot en met 7 juli 2001 vond een Internationaal Middeleeuws Theaterfestival plaats in Groningen. Dit festival vindt driejaarlijks (roulerend over de hele wereld) plaats onder auspiciën van de SITM, de ‘Société Internationale pour l’Étude du Théatre Médieval’. Dat jaar werd het georganiseerd door de faculteit Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen. Ik was op meerdere fronten actief betrokken bij de organisatie en communicatie van dit festival.
Ik heb met veel genoegen de PR en Publiciteit voor dit festival gedaan en bewaakte de ins and outs van de productie van de festivalkrant. Samen met Femke Kramer deed ik de redactie, trad op als drukwerkbegeleider (krant, affiches, flyers, T-shirts, driehoeksborden, toegangsbewijzen, plattegronden, advertenties, etc.), en was fondsen-, sponsor- en subsidiewerver en advertentieacquisiteur. Daarnaast was ik tijdens het festival manusje-van-alles, trouble shooter op momenten dat ik niet op de planken stond als acteur bij Theatergroep Marot in de rol van ‘God’ in de voorstelling ‘Maria’, die voor dit festival twee keer geprogrammeerd stond in de Theaterwerkplaats in Kantens. Ik neem hieronder het Colofon en Redactioneel van de festivalkrant op om je een indruk te geven. Daarna bespreek ik Maria. Maar voordat je je daar op stort, wil ik graag dat je iets meer over Middeleeuws theater te weten komt.
Middeleeuws theater, ‘Spel en Spektakel’, preludium van Dogtroep en Oerol
Pas de laatste decennia hebben mediëvisten oog voor het efemere moment van een theatervoorstelling. Steeds ging de belangstelling uit naar de toneelteksten, terwijl de regisseuraanwijzingen in de marges genegeerd werden. Ook hield men zich verre van archiefonderzoek, dat – naar nu blijkt – veel informatie kan opleveren over hoe toneel werkelijk in de Middeleeuwen heeft gefunctioneerd.
Die houding verklaart waarom toneel altijd werd beschouwd als inferieur aan de hoofdgenres epiek en lyriek. Hoewel de toneeltraditie in Nederland een van de rijkste in Europa is, werd deze wat de Middeleeuwen betreft veronachtzaamd. Betreurenswaardig, vindt Bart Ramakers, Hoogleraar Oudere Nederlandse Letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen:
“Toneel heeft altijd het aura gehad van volkse literatuur en was geen onderwerp van de serieuze literatuurwetenschap. Een toneelstuk in boekvorm wordt toch meer gezien als een roman die verkeerd gedrukt is. Eigenlijk geen wonder, want toneel moet je niet lezen maar zien.”
Bovenstaand is een citaat uit juli 2001 toen Bart als mediëvist en theaterhistoricus werkzaam was bij de Katholieke Universiteit Nijmegen. Hij werd – onder andere – voor het festival geïnterviewd door Rietje Van Vliet voor een artikel in NRC Handelsblad. In fraai prozageeft ze je een prima kijkje in de keuken van het Middeleeuws (totaal)theater en het onderzoek ernaar: ‘Spel en spektakel’, NRC, 14 juli 2001.
Festivalkrant, colofon en redactioneel
‘Maria’, bijbelse geschiedenis en eigentijds entertainment
OntmoetingGod(Robert Rosendal) enMaria (Janet Baas) tijdens de voorstelling ‘Maria’,Theatergroep Marot, Theaterwerkplaats Kantens, Int. Theaterfestival SITM, Groningen 2001, foto: J.J. Winter.
Maria, een bewerking door Theatergroep Marot van het middeleeuwse mysteriespel ‘Die eerste bliscap van Maria’, ging na goedbezochte voorstellingen in de zomer van 2001 in reprise in september van dat jaar. De voorstelling, een avondvullende montage van historische en eigentijdse teksten, beelden en muziek, liet zien hoe God de mens schiep en bestrafte, en hoe Hij, ontroerd door de onschuld van Maria, besloot Zich weer te verzoenen met Zijn Schepping.
Tijdens het hierboven beschreven Internationaal Middeleeuws Theaterfestival, behoorde Maria van Theatergroep Marot tot de meest onconventionele ensceneringen. Anders dan de meeste vertolkers van het middeleeuwse toneelrepertoire zocht Marot naar hedendaagse uitdrukkingsvormen voor het historische gedachtegoed, zonder daarbij echter de ouderdom van de oorspronkelijke teksten te negeren. Zo werd in Maria de bijbelse geschiedenis zonder moeite gekoppeld aan eigentijds entertainment, en middeleeuwse legenden aan moderne popmuziek. Om het geheel eigenzinnig te completeren koos Theatergroep Marot voor een enorme boerenschuur als locatie , De Theaterwerkplaats in het Groningse Kantens. Het onderscheid tussen Hemel en Aarde werd benadrukt door God in eerste instantie te situeren op de hooizolder, om Hem daarna te laten ‘afdalen’ – temidden van het publiek – naar de kille betonnen vloer van de immense boerderij. Het decorontwerp was in handen van Harm Naaijer.
Beschrijving voorstelling Maria van Theatergroep Marot. Uit: Festivalkrant Internationaal Middeleeuws Theaterfestival, Groningen, 2001.
Verleidingsscènes
Voorbeschouwing/recensie reprise-voorstellingen ‘Maria’ van Theatergroep Marot, Groninger Dagblad, september 2001.